BRAZILIAANSE BRIEF UIT 1835 VAN DE LAATSTE KEIZER VAN BRAZILIE.

Brazilië kende slechts twee keizers: Pedro I (eerste keizer gedurende 1822-1830). Hij was getrouwd met aartshertogin Maria Lepoldine van Oostenrijk, de dochter van de laatste keizer van het Heilige Roomsche Rijk (als Franz II) en tevens eerste keizer van Oostenrijk (als Franz I). Maria Lepoldine werd door het huwelijk keizerin van Brazilië en koningin van Portugal. Uit dit huwelijk kwam de laatste keizer van Brazilië, Pedro II, voort. Pedro I dankte in 1831 af en ging naar Europa. Dat maakte de weg vrij voor zijn nog minderjarige zoon. Omdat hij nog minderjarig was werden de ambtshandelingen waargenomen door een raad van regenten die door het parlement waren aangewezen. In 1840 werd hij met 14 jaar voortijdig meerderjarig verklaard en zou in 1841 tot keizer worden gekroond. Pedro II zou van 1831 tot en met 1889 keizer van Brazilië zijn. Hij was een vaan de laatste telgen uit het huis Habsburg. Er wordt deels bewezen en deels beweert dat Pedro II veertien talen sprak en schreef. Hij onderhield nauwe banden met Europa en voerde oorlogen tegen Argentinië, Uruguay en Paraguay.

De brief hier is uit 1835, toen Pedro II nog onder voogdij stond. In de brief wordt in zijn naam condeolance betuigt aan zijn op 2 maart 1835 overleden grootvader keizer Franz I van Oostenrijk.

De condeolancebrief van 2 juni 1835 van Pedro I aan het keizerlijke huis in Oostenrijk om zijn medeleven aan het overlijden van zijn grootvader keizer Franz I van Oostenrijk te betuigen.

In zijn naam op het paleis in Rio de Janeiro opgemaakt en getekend door regent-raad burggraaf Joaquim Vieira da Silva e Sousa, rechter en politicus.

Tevens getekend door regent-raad Baron de Parnaiba alias Manuel de Sousa Martins, militair en politicus, en op 17 oktober 1835 door pater Pedro Antonio Pereira Pinto de lago.

Linksboven aan de brief is een watermerk. De tekst erin is onleesbaar, zelfs bij uitvergroting, en wanneer de brief onder een hoek wordt gehouden lijkt een kroon zichtbaar te zijn.