de droom van een onafhankelijk limburG
 

WELKOM

IN HET BRONSGROEN EIKENHOUT:

LIMBURG

 

AKENS BESTUUR, MAASTRICHTSE KRANT 1816 EN MAASTRICHTSE KRANT 1918.

 

Historie vooraf bij de kranten.

Op 14 februari 1814 werd het Generalgouvernement Niederrhein met hoofdzetel in Aken (D) opgericht, van waaruit de departmenten Meuse Inferieure (Nedermaas), Ourthe en Roer bestuurd werden. Deze drie departementen omvatten het huidige Limburg plus nog gebied daarbuiten. Aan het hoofd van het Generalgouvernement stond Staatsrat Johann August Sack. Het huidige oostelijk Limburg omvatte Arrondissement Maastricht met de oostelijk Limburgse kantons Maastricht, Gulpen, Heerlen, Meerssen, Oirsbeek en Rolduc (Kerkrade en Hertogenrade), Arrondissement Roermond met de oostelijk Limburgse kantons Roermond, Venlo en Weert plus Arrondissement Aachen (Aken, D) met het oostelijk Limburgs kanton Sittard. 15 juni 1814 ging het bestuur over in Pruisische handen en ging het Generalgouvernement Niederrhein het Generalgouvernement Nieder- und Mittelrhein heten. Het Amtsblatt (krant van ambtswege) Journal de Niederrheins ging vanaf 16 juni 1814 Journal des Nieder und Mittelrheins heten. Op de voorpagina van die uitgave licht Generalgouverneur Sack die zet toe. Voor de militaire handhaving in het gehele gebied zorgde het Pruisisch militair. 8 februari 1815 werd op het Congres van Wenen besloten dat de Rheinse gebieden overgingen naar Pruisen en daarmee kwam een einde aan het overgangsbestuur over oostelijk Limburg dat ten gevolge van datzelfde Congres samen met Luxemburg en de latere staat België (maar ook toen reeds als België aangeduid) werd ingelijfd bij Nederland dat nu het Koningrijk der Verenigde Nederlanden ging heten. Frapant is dat Willem I in zijn proclamatie over het in bezit nemen van de 'zuiderlijke Nederlanden' het heeft over België als synoniem voor de lage landen (het verenigde koninkrijk de Nederlanden)! Het Rijnland zou van 1822 tot 1945 Pruisisch blijven, daarvandaan ook de term 'Prusen' voor de Duitsers in het Limburgse dialect. Het Journal des Nieder- und Mittelrheins bestond van 1814 tot en met 1816. Het was een Amstblatt dat alleen betekenis had tijdens het voorlopig bewind/bestuur vanuit Aken totdat de grootmachten op het Congres van Wenen besloten hadden wat er met de gebieden moest gebeuren. In de praktijk betekende dat altijd nog enkele maanden vertraging om die besluiten om te zetten. Met het afgeven van zijn bestuursmacht door Sack in 23 maart 1816 (het gebied heette inmiddels Pruisische provincie (!) Grossherzogtum Niederrhein, tot 1822, dat ook oostelijk Limburg omvatte) hield het blad/de krant eveneens op te bestaan. Op 26 juni 1816 werd met het grensverdrag van Aken definitief de grens tussen Nederland en Duitsland vastgelegd. De 39 ingebonden kranten (juni 1814 - september 1814) in mijn collectie laten zien dat het blad iedere twee tot drie dagen (dit wisselde) verscheen, dat de bekendmakingen en verordeningen steeds tweetalig (Duits en Frans) werden afgedrukt en het aansluitende katern Tagesgeschichte (met nieuws uit de rest van Duitsland en Europa) steeds in het Duits. Soms was er een Franstalige advertentie zoals van de burgemeester van Wessem (bij Roermond). Maar ook de Limburgse advertenties (Anzeigen) waren normaliter in het Duits. De inhoud van de krant, die 'midden' in de Napoleontische tijd verscheen, laat tijdens de beroemde 100 dagen heerschapij van de Franse keizer en veldheer een kalm beeld zien. Nuchter wordt het nieuws uit Europa, dus ook Frankrijk, vermeld. De kalmte was bijna krantonwaardig, naar goed: een Amtsblatt (het laatste blad waarin je paniek zaait). Men hield zich bezig met de overgang van de Franse nalatenschap aan bestuur en jurisprudentie naar de orde van de nieuwe machthebbers: Pruisen. Het is opmerkelijk dat het Frans, ondanks de verschrikkingen die Napoleon had aangericht (immers hij was in zijn tijd wat Hitler was in de 20ste eeuw, zie ook het gedicht op deze site van Katherina Kemmler) toch vasthield aan het afdrukken van de verordeningen en bekendmakingen in het Frans (zelfs onder Pruis bewind). Zo vast verankerd was het Frans als internationale voertaal in politiek, jurisprudentie, geleerdheid en burgeoisie (dit zou duren tot aan de Tweede Wereldoorlog!). Opvallend is nog het gebruikte lettertype in deze krant. Daar waar andere Duitse kranten het Gotische schrift hanteerden, heeft men hier het in Engeland, Frankrijk en Nederland gebruikelijke eenvoudige schrift genomen. Het enige afwijkende daaraan is de zachte s die uitziet als een f.

 


 

Een selectie aardigheidjes uit diverse uitgaven van Journal de Nieder- Und Mittelrheins uit 1814.

 

Bovenstaande twee afbeeldingen zijn van de uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 23 juni 1814. Ze laten de onder het bestuur van Generalgouverneur Sack vallende, en tot het bereik van de krant behorende, departmenten en bijbehorende arrondissementen in oostelijk Limburg zien.

 

 

Uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 26 juni 1814. Een mooie tijdgetuige van de postkoetsdienst tussen Aken (D) en Venlo. Met die postkoets (eerder een diligence) konden ook passagieren mee. Er bestaan diverse lithografieën uit de tijd waarop dat te zien is.

 

De uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 9 juli 1814. Een Franstalige bekendmaking van de burgemeester van Wessem (bij Roermond).

 

De uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 19 juli 1814. Dat roken niet gezond is, weten we allang. Maar dat het passeren van een schildwacht met een pijp in de mond gevaarlijk kan zijn is een nieuwe dimensie ;-)

 

De uitgave van het Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 30 juli 1814. Een milde gave uit het oostelijk Limburgse voor het militaire invalidenhospital.

 

Uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 9 augustus 1814. Dit laat zien dat het blad ook in oostelijk Limburg werd gelezen. Of de eerlijke vinder zich ooit gemeld heeft?

 

De uitgave van Journal des Nieder- Und Mittelrheins van 30 augustus 1814. Een paard is 'gevonden', wie vermistte het dier? En wie nog een molen zocht wist waar die zijn moest.

 


 

Weliswaar geen krant die in Limburg verscheen, deze Allgemeine Zeitung van 31 december 1814, maar wel met een uiterst interessant opmerking. Voor de doorgeknalde 'make Netherlands great again' überchauvinisten die de Goude Eeuw van holland oprekken tot op heden en denken dat Nederland (holland) altijd nog groot zou zijn, hier de grote ontnuchtering in feiten uit 1814. Na de Gouden Eeuw heeft holland en evenmin Nederland ook maar ooit iets van betekenis voorgesteld in deze wereld. Daar doet de propaganda op TV, internet of het geschreven woord niets aan af. In deze Duitse krant wordt terloops een voor die tijd geen van beteknis zijnde opmerking gemaakt, maar die wel vanuit historisch persepectief voor Nederlanders erg interessant is: De noordelijke Nederlanden krijgen de zuiderlijke Nederlanden erbij en zo ontstaat het Koninkrijk der Nederlanden, dat hiermee in rang stijgt [van een derderangs] tot een tweederangs macht. Niks eersterangs macht ofwel grootmacht. Na de Belgische Opstand van 1830 zou Nederland weer krimpen tot een derderangs macht, dat het tot op heden gebleven is. Dat zijn feiten, ook al doen ze voor überchauvinisten pijn.

En nog een waarheid als een koe staat vermeld in dit artikel: noch de noorderlingen, noch de zuiderlingen waren gecharmeerd van deze vereniging der beiden gebieden. Hier in het artikel wordt de scheidingslijn langs de economische/handels lat bekeken, maar een nog belangrijker scheidingslijn in die tijd was het geloof: katholiek versus protestant. De katholieken werden onderdrukt door de protestanten, hetgeen resulteerde in de Belgische Opstand (feitelijk een samengaan van twee stromingen: de onvrede van de arbeiders in Brussel (het proletarisch deel van de opstand) en het verzet tegen het beleid van Willem I (denk aan de Associatons Constitutionelles) in de middenlaag der bevolking (het intellectuele deel van de opstand). Zie mijn boek Geef Limburg terug! voor meer bijzondere details hierover.

 


 

 

 

Journal des Nieder- und Mittelrheins van 15 augustus 1815. Gedrukt en uitgegeven te Aken. Hierin staat de overdracht van de Nassausche gebieden van Willem I aan de koning van Pruisen Friedrich Wilhelm III. Voorts staat in dit krantje ook het kanton Sittard vermeld (hier niet afgebeeld). Tevens staat er een Nederlandstalige bekendmaking van de bekende notaris Milliard uit Roermond in afgedrukt. Dit laat zien dat het blad ook na het einde van het overgangsbestuur klaarblijkelijk nog steeds gelezen werd in het Limburgse.

 

 

Journal des Nieder- und Mittelrheins van november 1815: inlijving zuidelijk deel bij de Nederland door de grootmachten.

 

 

Le Journal de la Province de Limbourg van 19 januari 1816. Dit was een tweetalig (Frans en Nederlands) Maastrichts krantje gedrukt bij de aldaar bekende drukker Lambert Theodore Nijpels (1811-1815 L'imprimeur de L'Empire, staatsdrukkerij).

 

 

Krant Frankfurter Merkur van 30 maart 1815, beginnend met een artikel over de zelfkroning van Willem I van vorst tot koning. Hij kon het niet afwachten tot hij door de grootmachten in de positie van koning zou worden geplaatst. Hij kon het eerder al niet afwachten Limburg in te lijven en probeerde warempel generaal-gouverneur Sack terzijde te schuiven , hetgeen misklute. De toon was gezet en leidde niet voor niets in 1830 tot de inherente opstand van Limburg, Belgie en Luxemburg (Belgische revolutie) tegen hem. 'Onverwachte gebeurtenissen in een buurstaat' wordt als (pseudo)argument aangevoerd.....welke gebeurtenissen zouden dat dan wel moeten zijn geweest?

 


 

 

Courier de la Meuse van 16 november 1918. Deze in 1914 opgerichtte Maastrichtse krant werd uitgebracht voor nieuwsverzorging in het door Duitsland bezette België. Een van de redacteuren was het latere lid van de Limburgsche Liga: Matthias Kemp.

 

De vermelding van het verlenen van asiel aan de keizer Wilhelm II van Duitsland. Hiermee heeft Nederland haar neutraliteit opgegeven (plus grootschalige smokkel van regeringswege en door laten trekken Duitse soldaten via Limburg). Tevens is er nog aandacht, zie afbeelding, voor de coupepoging van SDAP (heden PvdA)-man Pieter Jelles Troelstra (9 tot 14 november 1918) met een socialistische revolutie. Zie ook hiervoor mijn boek Geef Limburg terug! (hij was volgens zijn eigen dagboek in Heerlen om zieltjes te winnen voor de revolutie met hulp van socialisten uit Aken (D) net over de grens).

Ook in deze afbeelding van dezelfde editie van Courier de la Meuse als voorgaande afbeeldingen, twee interessante artikeltjes. De eerste aan het begin heeft betrekking op het Belgisch koningspaar dat Maastricht aandoet en groots verwelkomd wordt door de Maastrichtenaren. Dit zou tot weerstand leiden bij de anti-annexionisten (aangevoerd door Nolens en Ruijs de Beerenbrouck) en zeker toen ook nog eens later Maastrichtenaren het Belgisch koningspaar andermaal groots toejuichden in Luik (B). Toen was de maat een beetje vol en de in scene gezette (geen complottheorie, maar feit) promotietour van Wilhelmina in Maastricht kon niet uitblijven. Het artikeltje aan het einde geeft aan dat Wilhelm II is gearriveerd in Nederland.

 

 

 


 

 

 

 


©2012-heden, Henri Smeets