BEIERSE PAS (BAYERISCHE PASSIERSCHEIN) UIT 1827.

In goede conditie bewaard gebleven passen uit de 19de eeuw zijn geen alledaags verschijnsel. Al helemaal niet van aangeziene personen. Elders op deze website staat een gehavende eenvoudig uitziende pas uit 1858 van een Duitse subalterne officier (rang tussen sergeant en majoor: luitenant en kapitein/ritmeester) in Nederlandse dienst in garnizoen in Oost-Indië. Deze prachtig uitziende pas uit 1827 stond op naam van graaf Heinrich Kohlhaas (Renteij-Verwalter ofwel tegenwoordig: Finanzverwalter (financieel directeur). In die tijd dus een hoog aangeziene persoonlijkheid, dat ook duidelijk zichtbaar wordt aan de uiterlijke verschijnig van de pas. Overigens in de 19de eeuw had de pas uitsluitend het doel van reisdocument (dus geen indentiteitsbewijs, zoals tegenwoordig). Een pas werd in de 19de eeuw allen verstrekt aan personenen die internationaal (tussenstatelijk) reisden. Duitsland (Duitsche Bond) bestond destijds uit circa 40 soevereine staten (waartoe oostelijk Limburg, met uitzondering van Maastricht en Venlo ook toe behoorde).

De hier afgebeelde pas werd verstrekt door de/het Beierse legatie/gezantschap (Bayerische Gesandtschaft) in het Groothertogdom Baden. Beieren was toen een koninkrijk. De ondertekenaar (verstrekker) van de pas was graaf Friedrich Carl Joseph Franz von Reigersberg (1774-1840). Hij was in de jaren 1806-1814 de afgezant voor Groothertogdom Würzburg (in 1814 opgegaan in Bayern) in Parijs. In 1827 was Reigersberg de königlich-Bayerische afgezant en gevolmachtigde minister voor buitenlandse zaken.

Beierse pas uit 1827. (Samengestelde afbeelding, omdat de pas groter is dan een A4-scanner).

Transcriptie van de tekst:

VOORZIJDE

Ersucht unter dem Versprechen volkommener Reciprocität [wederkerigheid]
alle Militär- und Zivil-Behörden auswärtiger Staaten
den gräflich von Reigersberg'schen Renteij Verwalter [Verwalter eines Rentamts (Finanzverwalter)]
Heinrich Kohlhaas.
gebürtig von: Fechenbach [ook Pechenbach]
wohnhaft: dasselbst
welcher nach München zu reisen gefahren [?] ist

ungehindert passiren zu lassen demselben auch den etrta [?]
bedürftigen Schutz und Beistand zu gewähren
Der gegenwärtige Pass ist gültig auf die Reise.
So geschehen, Karslruhe den 20ten September 1827.
Der Königlich-Bayerische Gesandte und bevollmächtigte Minister
Gr[af] Reigersberg

Kolom links:
Pass

Beschreibung
der
Reisenden

Alter
Größe
Haare
Stirne
Augenbrauen
Augen
Nase
Mund
Bart
Kinn
Angesicht
Ansichtsfarbe

Besondere Kennzeichen

Unterschrift des
Pass-Inhabers

---------------------------------------------
In den Kreisstädten ist der
Pass vom General-Commissar
zu visiren [tonen] und der
Inhaber hat sich deshalb
dort zu stellen

ACHTERZIJDE

Gesehen. Carlsruhe den 20ten September 1827.
Großherzöglich Badisches Ministerium der
ausw[ärtigen] Angelegenheiten Diplomatische [?]
Aus. Auftrag des Ministers
Hermenhofe?

[?] 51 gratis
Gesehen beij dem k.[öniglichen] Ministerium
der auswärtigen Angelegenheiten
zur Zurückreise nach Karlsruhe [met K i.p.v. C!]
München den 24. September 1827
geheimer Sekretär Besnazch?

ad. nr. 51
zugleich wird bemerkt das wegen
Anwesenheit Sr [Seiner] Majestät
des Königs von Würtemberg das visa
der Würtembergischen Gesandtschaft
dahin nicht zu erhalten war.
München 25. September 1827
Besnaszch?

Gesehen und gut zur Reise nach Fechenbach [ook Pechenbach]
des Königlich Bayrischen Ausenministers [?]
Karlsruhe 28ter September 1827
Der königlich bayersche Gesandte am
Großherzöglich Badischen Hofe
Graf Reigersberg

Voorzijde: lakstempel (mogelijk met het wapen van de Bayerische Gesandtschaft, in ieder geval niet van de familie Reigersberg en evenmin van het Koninkrijk Bayern of Groothertogdom Baden). De stempels: Großherzogtümliche Badensche Ministerium der Auswärtigen Angelegenheiten (bovenaan achterzijde). Eronder: Staatsministerium des Königlichen Hauses und des Äussern. Daaronder eenzelfde minder duidelijke stempel. Helemaal onderaan: Königlich Baierische Gesandtschaft, Carlsruhe.