DE PAUSELIJKE ZOUAVEN.
De Pauselijke werden in 1860 opgericht door paus Pius IX om de Pauselijke Staten (Rome, Bologna, Ferrara, Ravenna, Perugia en Viterbo) te verdedigen tegen de troepen van het verenigde koninkrijk Italië (opgericht in 1861). De Pauselijke Zouaven was een vrijwilligersleger van ongeveer 20.000 manschappen bestaande uit katholieke mannen: Italianen (die het leeuwendeel uitmaakten), gevolgd door Fransen en Belgen, en voorts Zuid-Nederlanders (hoofdzakelijk Brabanders en Limburgers), Duitsers, Oostenrijkers, Zwitsers, Ieren, Polen en Spanjaarden. De taak van het leger was de pauselijke souvereinteit en het pauselijk gezag te verdedigen zegen seculiere machten, die de kerkelijke macht wilden inperken. De Pauselijke Zouaven, onder opperbevel van de Fransen, waren bekend voor hun moed en toewijding aan de paus en vormden het symbool van de strijd van de kerk tegen de moderniteit. Ze hebben onder andere de Slag bij Castelfidardo (1860) en de Slag bij Mentana (1867) gewonnen. Met de annexering van de Pauselijke Staten door het koninkrijk Itaiië in 1870 werden de Pauselijke Zouaven ontbonden.
De Limburgse Zouaven meldden zich bij de verzamelcentra Maaseik en Maastricht. Vandaar uit ging het per trein naar Brussel, alwaar ze medisch gekeurd werden en een lunchpakket ontvingen. Vanuit Brussel werd de reis met de trein voortgezet naar Parijs. Van hieruit ging het per trein naar Marseille en dan per boot naar eindbestemming Civitavecchia. Door ziekte en sterfte (vanwege de ziekte) hebben sommigen in 1860 het slagveld niet eens gezien. Ook onder de terugkeerders in 1870 hebben niet allen de verwondingen of uitputting overleefd.
Deze pauselijke strijd tegen de seculieren hield de gemoederen goed bezig, getuige de enorme hoeveelheid krantenartikelen destijds aangaande dit onderwerp. Interessant is nog op te merken dat het hier om vrijwillige Limburgers ging, die dus geen verplichte dienst deden in het Limburgsch Bondcontingent.

Een schoolplaat uit mijn eigen collectie.

De Noord-Brabander van 6 december 1860.

Opregte Haarlemsche Courant van 25 november 1865. De Zouaven in Mexico zijn zeer waarschijnlijk Franse Zouaven. Bij de Zouaven in Italië waren ook Limburgers.

De Tijd van 19 januari 1867. Er werd gezongen op de Zouaven, maar ook over hen geschreven (zie beneden). De Tijd was het nationale katholieke blad met hoofdkantoor in Amsterdam (!).

Arnhemse Courant van 16 oktober 1867.

Venloosch Weekblad van 19 oktober 1867. Recrutering van vrijwillige Belgische en oostelijke Limburgers plus Pruisen voor de Pauselijke troepen: Zouaven.

Weekblad van Tilburg van 16 november 1867. Samengesteld artikel.
De Tijd van 22 november 1867

De Tijd van 6 januari 1867. Er werden zelfs foto's verkocht van gesneuvelde Zouaven.

De Noord-Brabander van 11 februari 1868. Een katholieke lofzang op de dapperheid van de vrijwillige strijders voor de verdediging van het katholicisme tegen de secularisatie.
Venloosch Weekblad van 9 november 1868.
De Tijd van 13 mei 1869.
Apeldoornsche Courant van 21 augustus 1869.
Tilburgsche Courant van 24 november 1869.
|